Spookziekenhuizen en spookverpleging



Dit verhaal ligt eigenlijk al te lang op de planken, het moet nu echt eens een keer verteld worden. Nog geen tijd voor gehad, er was iets anders en leukers te melden, maar nu staat het echt te rijpen. Voor mijn werk als ‘fundraiser’ (vreselijk woord, maar ja zonder hen bestond de ontwikkelingssector niet, zie laatste alinea van deze blog) kom ik vaak bij Unicef in Kinshasa.

Het bureau van deze organisatie is gehuisvest in een oud fabriekscomplex, wat als voordeel heeft dat er veel ruimte is. Dat moet ook wel, want onlangs trof ik op het parkeerterrein van Unicef ruim twintig hagelnieuwe ambulances aan. Spik en span wit gespoten Toyota jeeps, met een mooi Unicef logo op de deuren en daaronder de naam van het hospitaal voor wie de ziekenauto bedoeld was. Want de ambulances zijn niet voor eigen gebruik maar worden geschonken aan de Congolese overheid. Het waren er, zoals gezegd, zeker twintig, maar later trof ik toevallig in de stad her en der bij garages er zeker nog een stuk of tien.

Ik was niet alleen toen ik al die ambulances daar zag schitteren in de mooie tropenzon. Mijn metgezel was de directeur van Save the Children in Congo. En ook hij zag al die ambulances en zijn reactie was iets anders dan de mijne. Hij keek verbijsterd, onderzocht toen de namen van de ziekenhuizen die op de auto’s waren geschilderd (en die overeen komen met de gemeentenamen) en belde vervolgens onmiddellijk zijn adjunct directeur. ‘’Zeg ik sta hier bij Unicef en zie allemaal ambulances staan’’, sprak hij tot deze, uiteraard in het Frans. ‘’Ik noem even wat namen van lokaties, kun je eens nazoeken of er geen bijzitten waaraan wij ook ambulances hebben beloofd?’’ Bij de eerste vijf was het al raak: de Congolese overheid had zowel bij Unicef als Save the Children ambulances besteld en gekregen. Wie het nobel bekijkt zal zeggen dat er in een land als Congo geen ziekenauto’s te veel zijn en dat elke nieuwe er heel welkom is. Zeker, maar Congo zou Congo niet zijn als deze logica hier al snel verdwijnt in het donkere tropenwoud: in het beste geval wordt de ziekenauto gebruikt als prive-voertuig voor de directeur van het hospitaal, of ze wordt gewoon verkocht en overgespoten, ze dient als vervoermiddel voor handelswaar en na zes maanden houdt ze gewoon op te rijden wegens gebrek aan brandstof, onderhoud en een chauffeur die niet betaald wordt.

Bij een ander bezoek dat ik bracht aan de Japanse ontwikkelingsdienst JICA vertelde de directeur – een charmante Japanse dame die zeer zorgvuldig ingestudeerd Frans sprak – dat haar organisatie zich exclusief en alleen toelegde op het subsidieren van het Congolese ministerie van gezondheidszorg. Vervolgens legde ze meer in detail uit wat dat inhield: ‘’Wij financieren een onderzoek naar fictieve ziekenhuizen en onbenoemd personeel.’’

Wat dat betekent? In Congo gaat veel geld naar ziekenhuizen die in werkelijkheid helemaal niet bestaan, alleen op papier. Datzelfde geldt voor duizenden (zo niet een veelvoud daarvan) verpleegsters en verplegers, dokters en ander medisch personeel: mensen die wel op een loonlijst staan, en daarom ook een salaris krijgen, maar niet werken en in veel gevallen evenmin bestaan. Het gaat om ‘spookziekenhuizen’ en ‘spookpersoneel’.

Dat het fenomeen bestaat is even lachwekkend als triest, want het gezondheidssysteem in Congo wordt voor bijna 100% betaald door buitenlandse donoren, door ons dus. Maar dat de Japanse overheid op haar beurt weer tientallen miljoenen yen uitgeeft om in kaart te brengen welke spookziekenhuizen en spookverpleging waar staan en in welke omvang, dat tart elke verbeelding, behalve dan de Japanse.  Logica zou in dit geval betekenen dat buitenlandse donoren het Congolese gezondheidssysteem ondersteunen, onder voorwaarde dat diezelfde overheid eerst orde op zaken stelt en de bezem haalt door dit spooksysteem. Maar in plaats daarvan wordt het spooksysteem beloond door het met buitenlands geld te onderzoeken. En wat er met de uitkomsten van zo’n assessment wordt gedaan, mag Joost weten en waar Joost uithangt weet alleen Joost – en een enkele Japanner.

Een Westerse diplomate vertelde me dat bij de bouw van een ziekenhuis – betaald met Westers geld uiteraard - in Goma de lokale bestuurders een kijkje kwamen nemen. Zeker uit belangstelling, maar ook en vooral om te vragen ‘’wat er voor hen bestemd was’’. De diplomate moest er maanden later nog om lachen: ‘’We bouwen voor de Congolese gemeenschap een ziekenhuis en dan komen de autoriteiten vragen welk percentage van de bouwkosten ze mogen innen... niet eens met een officiele factuur van belastingen of zo, nee gewoon, brutaalweg handje contantje.’’

Maar het mooie van deze diplomate was dan weer wel dat ze het fijn kon relativeren. Want, vervolgde ze, kijk nou eens naar het budget van de gouverneur van Noord Kivu (waar Goma de hoofdstad is): hoeveel miljoen dollars per jaar zou dat zijn: 2, 3 of misschien 5? En dan komt daar een buitenlandse NGO met een jaaromzet van twintig miljoen dollar of misschien een veelvoud van dat, reele cijfers gebaseerd op ervaringskennis. Die nemen de mooiste huizen in, rijden als enige rond in nieuwe fourwheel drives, hebben spiksplinternieuwe computers in hun kantoren, satelliet telefoons en ander modern vernuft. ‘’Als je dat als relatief armlastig gouverneur allemaal voor je ogen ziet gebeuren, tja, dan is het toch niet gek dat je ook een graantje mee wilt profiteren?’’

Dus dat de Congolese overheid ambulances bestelde bij zowel Unicef als Save the Children voor hetzelfde hospitaal, waarvan de Japanese overheid met veel geld over jaren zal ontdekken dat het nooit heeft bestaan, dat allemaal is onderdeel van een systeem. Welk systeem? Tja, dat is een goede vraag waarop ik geen eerlijk en al helemaal geen helder antwoord heb. Het zou al te eenvoudig zijn om de zwarte piet toe te schuiven aan de Congolese hang naar corruptie – zo’n antwoord gaat voorbij aan de behoefte van vrijwel elke buitenlandse donor and ontwikkelingsorganisatie om nut en noodzaak van haar bestaan te bewijzen, als basis voor een nieuwe subsidie aanvraag voor volgend jaar. En daarover graag meer en onderbouwd een volgende keer...!

 




Comments

No comments posted

Your comment


ANTI-SPAM:






Overview