"Amafranca!"



Gistermiddag tufden Jacqueline en ik van Kigali naar Butare. Vrijdagmiddag: de meeste blanken maken dan dat ze in Kigali komen, vanwege het vrijdagavondfeest en geneuk daarna in de 4 nachtgelegenheden die de hoofdstad rijk is.

Maar wij dus tegen de stroom in van fourwheeldrives met ingewikkelde stickers op de deuren. De weg kan ik langzamerhand bijna dromen, maar het panorama erlangs niet en dat geldt ook de altijd wisselende samenstelling van figuranten die met tienduizenden langs de weg kruipen: nergens een plekje zonder mensen.

Miguel leert ook fietsen.

Miguel leert ook fietsen.

Ter hoogte van Gitarama, om precies te zijn juist daar waar de hoofdweg Kigali-Butare de afsplitsing richting centrum Gitarama kruist, is het een beetje drukker dan normaal. Ik rijd dus een beetje rustiger dan normaal. Middenop de kruising fietst een bejaarde man, dat wil zeggen, hij twijfelt tussen doorfietsen of stoppen. Dan slaat hij plotseling pal voor de auto de zijstraat richting centrum in. Remmen, remmen, remmen. Maar de stierenvanger voorop de Toyota Rav4 ramt de bejaarde man met fiets en al tegen het asfalt. Dat geldt ook de ribbenkasten van de geit die achterop de fiets vastgebonden zijn.

Langzaam krabbelt het hoofd van de bejaarde heer boven de motorkap uit: gelukkig, hij leeft nog, hij krabbelt nog, sterker nog hij loopt nog, al is het hinkend. We stappen uit, maar nog voor ik een voet op het wegdek heb gezet, is de man omringd door een schare lokale bewoners, een menigte die al snel uitdijdt tot een man of 50. Ze ontfermen zich over het slachtoffer, die dader tegelijk is. De man had immers niet moeten of mogen oversteken als er een auto andert. Nog sterker, volgens de Rwandese verkeersreglementen mag hij niet eens fietsen: dat is verboden in het centrum van de stad, juist om dit soort ongevallen te voorkomen: met de fiets aan de hand lopen svp!

Niettemin keert de menigte zich tegen ons, beter gezegd tegen mij: aha, een muzungu, die pakken we. “Amafranca!”, roept er een en al snel roepen ze het bijna allemaal. Geld betekent dat. De gemiddelde straatjongen die ik ken weet nog wel “Give me money” uit te brengen of “Donne moi l’argent”. Maar dat intellectuele niveau gaat de burger in Gitarama te boven: “Amafranca!” dus.

Jacqueline neemt het heft in handen, gelukkig maar want als blanke weet je niet zo goed wat te doen. De fietser is in alle opzichten fout, maar zie dat maar eens duidelijk te maken aan het gepeupel dat zich machtig voelt omdat ze samen zijn. Jacqueline maakt de bejaarde heer duidelijk dat we hem wel even naar het nabijgelegen ziekenhuis willen brengen om zich te laten nakijken. Maar daar voelt hij niet veel voor. Ja, als we willen betalen. “Amafranca”, bazelt hij de rest na. Liever geld dan een verbonden been, dat niveau.

Plotseling blijkt er tussen de menigte een man te staan met enig gezag. Hij is de plaatselijk politiecommandant. Geen idee waar die vandaan komt, maar het helpt wel. Hij vraagt Jacqueline of we alle papieren in de auto hebben en als het antwoord bevestigend is zegt hij: “Wegwezen dan.”

We vertrekken, een verontwaardigde menigte achterlatend, die nog lang mompelen “Amafranca.”

Amahoela, zullen ze bedoelen.




Comments

No comments posted

Your comment


ANTI-SPAM:






Overview