Give me money



Ik heb deze overpeinzingen die hier volgen lang voor me uit geschoven. Ten eerste om praktische redenen: we hebben een allerbelabberste internetverbinding in een land dat ICT tot zijn prioriteiten heeft benoemd. Het enige voordeel is dat het draadloze modem dat ons door Rwandatel is verstrekt gratis is. Niet bewust, de firma vergeet gewoon de rekening te sturen en laat de diensten doodraaien, hoe slecht ze ook mogen zijn. Dus we surfen al vijf maanden gratis, maar dan wel met horten en stoten en vlagen.

Creche in Kamazuru, die precies het omgekeerde uitstraalt en is van wat deze blog beweert.

Creche in Kamazuru, die precies het omgekeerde uitstraalt en is van wat deze blog beweert.

Goed, wat heb ik vooruit geschoven? Het onderwerp muzungu, oftewel blanke – hoewel het letterlijk vreemdeling betekent in het swahili, maar omdat de meeste blanken in Afrika vreemdelingen zijn en omgekeerd is de link met muzungu het langst blijven plakken.
Muzungu in Afrika is een rijke meneer/mevrouw. Tenminste, in de ogen van de lokale bevolking en die kunnen het weten want daarom zijn ze lokaal – noem het autochtoon in de begrippen van de Nederlandse tweedelingstrijd. In Europa is een allochtoon (ook een muzungu, maar dan meestal Afrikaan, Marokkaan of ander soort vreemdeling) doorgaans armer dan de autochtoon en hier is het precies andersom. Misschien dat allochtonen in Afrika daarom ook geen inburgeringscursus hoeven te volgen – met als gevolg dat ze niets van taal, cultuur en andere zeden begrijpen.

Ik ga niet ontkennen dat het waar is. De Westerling die hier rondrijdt, vertoeft en doet wat op werken lijkt verkeert doorgaans – eigenlijk bijna altijd – in een luxueuze situatie. Woning, auto, schoolgeld en wat dies meer zij worden betaald door werkgever, of dat nu de internationale NGO is of Heineken of de Rabobank. Het salaris is voor Europese begrippen al exorbitant (want met alle gevarentoeslag en dergelijke is een Europese bonus van een bankman daarbij niets vergeleken) en voor Afrikaanse begrippen dus paradijselijk ver en hoog.

Westerlingen wonen op plekken en in huizen waar normaal gesproken 30 Afrikaanse families zonder problemen gehuisvest kunnen worden en zo kan ik nog even doorgaan met het benoemen van cliches, zonder dat het onwaar is dus de werkelijkheid geweld aandoet.
Dit gezegd hebbende, kom ik op een heikel punt. Omdat muzungu zo ongeschaamd rijk zijn in dit arme werelddeel, worden ze daar ook voortdurend op aangesproken. Levensmiddelen op de markt, diensten van loodgieters, garages, timmermannen en prostitutees en noem maar op zijn een veelvoud van wat een Afrikaan daarvoor moet betalen. En de leveranciers vinden het ook heel gewoon om 4 tot 6x de prijs te vragen aan een muzungu, ” want die is immers rijk”.

Met een beetje creativiteit kun je deze prijzenslag toedichten aan een onbedoeld sociaal stelsel: we nemen van de rijken ten behoeve van de armen, Robin Hood zou in zijn graf in de handen klappen.
Maar het heeft ook iets heel genants – niet voor de muzungu, maar voor de Afrikaan. De muzungu kan zijn auto (fourwheeldrive type PC Hooftstraat – maar dan in een omgeving waar deze werkelijk voor bedoeld is, ooit) nergens parkeren, zonder omringd te worden door een schare jongens (en een enkel meisje) die zonder gene bedelen ” I’m hungry, give me money”. Je raakt eraan gewend, zeker, maar hoe meer ik eraan gewend raak, hoe meer ik me afvraag of het normaal is. Ik bedoel: als je moet bedelen om de dag door te komen, is dat triest en erg. Maar het is ook respectloos, naar jezelf toe zeker. Altijd zo’n witte achterna rennen getuigt van weinig eergevoel, zelfrespect en waardering. Je bent door een bepaald punt heengezakt, of er nooit bovenuit gekomen – en in de meeste gevallen is het niet je eigen schuld. Maar het gevolg is wel dat je je zonder gene moet verlagen tot het diepste van het diepste: afhankelijk zijn van de goedgeefsheid van iemand anders – de blanke.

Terzijde (maar ook weer niet zo terzijde): typisch is echter dat de meeste blanken schouderophalend of veinzend niets te horen of te zien (wat nogal moeilijk is, als je je auto nauwelijks in of uitkunt door de horde die eromheen dringt) zijn pad vervolgt. En NIETS geeft. Ook geen 100 franc (15 cent), terwijl het daar alleen om te doen is voor de arme schooiertjes op straat, die het verder niet kunnen helpen dat ze hun respect verloren zijn.

De grote meneer van dit land, zo moeten we hem noemen om hem te benoemen zonder dat het zo heet, maar iedereen weet om wie het gaat, goed die dus, die wil graag dat Rwanda minder/niet afhankelijk meer is van ontwikkelingshulp. Want dat is zo respectloos, die afhankelijkheid. In de kern heeft hij gelijk, maar hij zal moeten beginnen bij zijn eigen mensen, bij de jongeren die met duizenden, tienduizenden op straat hangen, geen baan hebben omdat die er niet is, geen toekomst hebben omdat ze er naast hebben gegrepen, geen respect meer hebben omdat ze die verloren hebben. Zolang elke muzungu nog wordt aangeklampt met ” Give me money” , zal ook de ontwikkelingshulp moeten blijven vloeien – hoe zinloos ze vaak ook is, maar dat is een andere discussie. Hoewel, een aalmoes geven is vaak net zo zinloos als die hulp. Maar daarom nog geen reden om ze niet te geven, omdat het helpt – voor even.




Comments

No comments posted

Your comment


ANTI-SPAM:






Overview