Komt goed uit, de publicatie deze week van het rapport ‘Gematigde groei’ van de staatscommissie Demografische Ontwikkelingen. Juist op de dag dat de Eerste Kamer de behandeling van de Spreidingswet is begonnen. Dat het een slechts marginaal iets met het ander te maken heeft, bleek aan dovenmansoren gericht: rechts Nederland tuimelde over elkaar heen in het maken van statements dat het rapport precies meldde wat u vindt: stoppen met die asielstroom. Een vergelijking als appels en peren, tang op een varken, *ut op Dirk
Het rapport van 405 pagina’s was misschien ook wat te dik, op maandagmorgen notabene, om in één adem uit te lezen, zeker voor u die grossiert in partijprogramma’s van 1 A4tje. Maar ook een ultrakorte samenvatting levert het volgende beeld op:
Migratie bestaat voor het grootste deel uit mensen die in Nederland werk komen zoeken (ruim een derde), iets meer mensen die hier voor gezin en liefde komen (meer dan een derde), gevolgd door studie (20 procent) en dan tenslotte asiel (ruim 10 procent).
De meeste migranten komen uit Europese landen, zijn in Nederland voor werk en, in weerwil van alle vooroordelen, vertrekken weer: 3 op de 4 is na 10 jaar vertrokken. Dat geldt ook voor arbeidsmigranten van buiten Europa, ook van hen is de meerderheid (60 procent) na 10 jaar niet meer hier.
Er komen anderen voor in de plaats, zeker. Omdat de arbeidsmarkt dat vraagt. Op het moment dat u dit leest zijn er 1.5 miljoen migranten in Nederland. Die doen werk dat anders niet gedaan wordt: in de horeca, verzorging, landbouw, logistiek, havens, dienstverlening (postorder bijvoorbeeld), supermarkten… en nog is het niet genoeg. Er staan 114 vacatures open voor 100 werklozen (bron RaboResearch).
Arbeidsmigranten komen omdat uitzendbureaus hen werven (lokken is een beter woord). Een bedrijfssector op zichzelf: er zijn 10.000 uitzendbureaus actief in Nederland, alleen voor arbeidsmigranten. Zonder hen geen pakketjes thuis, geen vrachtvervoer, geen goedkoop geplukte asperges, bloemen en tomaten, schoongemaakte kantoren en vers gezette cappuccino voor u.
Voor studiemigratie geldt hetzelfde: tien jaar geleden was op 1 op de 10 migranten een studenten, vandaag 1 op de 5. Omdat universiteiten hen werven, omdat we (u ook, als politiek) kennismigratie tot prioriteit hebben gemaakt.
Het rapport heet ‘Gematigde groei’ omdat de staatscommissie voorstelt de migratie te temperen, tegelijk aangeeft dat daar nauwelijks mogelijkheden voor zijn. Omdat Nederland niet op een eiland leeft in een globale economie, omdat Nederland heel erg hecht aan een alsmaar groeiende economie en dat migratie daar het fundament van is geworden. Tegelijk geeft het rapport klip en klaar aan dat migratie geen statisch is, het woord zegt het al: mensen migreren, betekent mensen komen en gaan.
Degenen die het langst blijven, dat zijn asielmigranten, omdat ze doorgaans niet terug kunnen. Maar, zoals gezegd, dat is de kleinste groep. Waar enerzijds het meeste lawaai over wordt gemaakt, vooral door u. Terwijl in hen het minste geïnvesteerd wordt als het gaat om werkgelegenheid, scholing en al die andere zaken die van belang zijn om mensen hier een plek te geven. Als ‘echte Nederlanders’… Dat zou u toch aan het hart moeten gaan…